De tellingen worden gedaan door opgeleide vrijwilligers vanuit Sovon Vogelonderzoek Nederland in opdracht van de Provincies. Beleidsmonitoring gebeurt dan ook op landelijk en provinciaal niveau.
Het doel van beleidsmonitoring is het meten van de ecologische effectiviteit van het ANLb in een gebied. Als we het over weidevogels hebben, is hierbij de onderzoeksvraag of de weidevogels voldoende geholpen worden met het ANLb in een bepaald gebied.
Monitoring van weidevogels
Beleidsmonitoring
Beheermonitoring
Beheermonitoring van weidevogels wordt net als beleidsmonitoring door opgeleide vogelaars gedaan. Gedurende het weidevogelseizoen worden er meerdere tellingen uitgevoerd en ingevoerd in een registratiesysteem, bijvoorbeeld de boerenlandvogelmonitor. Het monitoren van nesten en kuikens wordt minimaal twee keer per weidevogelseizoen gedaan, in de vestigingsfase en in de kuikenfase. Bij voorkeur gebeurt dit nog vaker omdat het soms lastig is om kuikens te kunnen identificeren in het veld. Kuikens worden geïdentificeerd aan de hand van het gedrag van de oudervogel en niet elke weidevogelsoort laat dit goed zien. Over het algemeen geldt: hoe vaker de vogels worden gemonitord, hoe beter het beeld dat je krijgt. Het is hierbij wel van belang om een goede afweging te maken tussen monitoren en het met rust laten van de vogels.
Na het invoeren van de resultaten van de monitoring, wordt er een stippenkaart (zie figuur 1) gemaakt waarop te zien is waar de nesten en/of kuikens zitten in het gebied. Aan de hand hiervan kan gedurende het seizoen met het beheer ingespeeld worden op waar de vogels zitten. Op percelen waar nog vogels met kuikens zitten kan in juni het beheer worden opgeschaald of last-minute beheer worden toegepast. Door aan het eind van het jaar deze stippenkaart te vergelijken met het beheer in het gebied kan besloten worden om het beheer aan te passen. Zo wordt jaarlijks geprobeerd het beheer te optimaliseren.
Broedsucces
Het inschatten van de kuikenoverleving kan beter worden ingeschat wanneer ook het beheer van het gebied in acht wordt genomen. Wanneer er in een gebied met kuikens te vroeg gemaaid wordt en er geen of te weinig percelen waar de kuikens kunnen schuilen, dan is de kans groot dat de kuikens het niet overleven. Door dit gegeven mee te nemen kan de kuikenoverleving in een gebied beter worden ingeschat, dit wordt door Kuiper (2022) BTS+ genoemd. Een andere gebruikte methode voor het monitoren van kuikenoverleving is het ringen van een deel van de kuikens en vervolgens het tellen van deze geringde vogels op verzamelplaatsen van jonge vogels (Schekkerman et al., 2021).
Vertaling naar het weidevogelbeheer
Beheermonitoring is onmisbaar bij het evalueren en aanpassen van het weidevogelbeheer in een gebied. Bijvoorbeeld, wanneer er veel kuikens in een gebied lopen moet het maaien worden uitgesteld of moeten de kuikens uitwijkmogelijkheden hebben. Kuikenland is hiervoor een mooi beheerpakket omdat het boeren een vergoeding biedt om grasland niet te maaien in de tijd dat er kuikens lopen. Extensief beweiden kan ook als last-minute maatregel worden ingezet om de kuikens te helpen door het verbeteren van de doorwaadbaarheid van het gewas (Faber, 2022). Op deze manier kan het weidevogelbeheer tijdens het seizoen worden verbeterd op basis van waar de weidevogelkuikens zitten.
Ook voor het beheer op de langere termijn is goede monitoring belangrijk. Zo kunnen in het volgende seizoen maatregelen genomen die de weidevogelkuikens helpen. Hierbij kan gedacht worden aan het inzetten van structuurrijk kruidenrijk grasland, het stopzetten van voorjaarsbemesting en/of het inzetten van voorbeweiding. Hierdoor wordt het gebied steeds meer geschikt voor de weidevogels. Goede samenwerking met boeren is hierbij natuurlijk van belang. Het flexibel kunnen zijn met het inzetten van beheerspakketten met vergoedingen voor maatregelen is hierbij gunstig. Monitoring is dus belangrijk voor het aanpassen en verbeteren van het beheer en daarnaast kan het voor de deelnemende boeren ook heel motiverend werken om te weten waar je de inspanning voor verricht.
Bronnenlijst
- Kleyheeg, E., & Reinartz, R., Beleidsmonitoring ter evaluatie van het ANLb. Bijeenkomst monitoring op 3 november 2022.
- Vogel, R., Boele, A., Hornman, M., Teunissen, W., van Turnhout, C., Vergeer, J. W., & Zoetebier, D. Beleidsmonitoring van vogels in het kader van ANLb in 2021: samenvatting van de verricht werkzaamheden. Verkregen van: https://stats.sovon.nl/static/publicaties/rap_2022-09_beleidsmonitoring-vogels-anlb-2021.pdf.
- BoerenNatuur, Sovon, LandschappenNL. Protocol beheermonitoring weidevogels. Maart 2017.
- Nijland, F., Schekkerman, H., & Teunissen, W. (2010). Methodes monitoring weidevogels.
- Van Turnhout, C., Foppen, R., & Zoetebier, D. (2019). Recente trends van weidevogels in relatie tot beheer. Verkregen van: https://stats.sovon.nl/static/publicaties/rap_2019-85_trends-weidevogels-beheer_0.pdf.
- Kuiper, M. Beheermonitoring van weidevogels. Bijeenkomst monitoring op 3 november 2022.
- Schekkerman, H., Gerritsen, G., & Hooijmeijer, J. Jonge Grutto’s uitgevlogen in Nederland in 2021: een aantalsschatting op basis van kleurringdichtheden.
- BIJ12. Het Agrarisch Natuurbeheer (ANLb). Verkregen van: https://www.bij12.nl/onderwerpen/natuur-en-landschap/subsidiestelsel-natuur-en-landschap/agrarisch-natuurbeheer-anlb/.
- Faber, R. Monitoring, weidevogelbeheer en fine tuning. Bijeenkomst monitoring op 3 november 2022.
- Kleyheeg, E., van Beek, M., Vogelzang, T., van der Zee, I. Afstemming datastromen boerenlandvogels. Verkregen van: https://stats.sovon.nl/pub/publicatie/20631.
- Weidevogels in Fryslân 2022. Verkregen van: https://www.itfryskegea.nl/wp-content/uploads/2022/11/jaarbericht--weidevogels-in-fryslan-2022.pdf.